DE VOS, Marjoleine
    
      
    
      
    Melancholie van het heden
  
    
      
    Het maakt niet uit haast waar je bent,
  
een plein of stad, het weidse land,
elk uitzicht spreekt je van voorbij.
Of nooit geweest, maar toch gemist.
Niet jij maar iets in je, wat voelt of
meetrilt met muziek, zoekt
in de lucht, de sloten, geur van hooi
het landschap dat je kent in jou,
dat óók zo blauw en zomers was.
Het komt betoverend tevoorschijn:
gelach van ouders, zingen op de fiets,
de sprong het juichend water in. Niets
sprak tot je zoals nu en zei —
oh onterecht — dat alles wat je leeft
slechts echo is, een naklank. Bijna echt.
    
      
    
      
    Kooklust
  
    
      
    Met gretige borsten staat begeerte aan het aanrecht
    
      
    zoent het zaad uit tomaten, kijkt naar het zwellen
    
      
    van beslag onder vochtige doek. Haar hand liefkoost
    
      
    de haas van een jonge stier, zijn zoekende tong
    
      
    is gemaakt voor de hare, verzaligd streelt ze
    
      
    zijn ballen de pan in. Hartstocht
    
      
    is een keukenprinses met aanraakbare huid,
    
      
    donzig als deeg, geurig als boter, een weerloze
    
      
    van bot bevrijde eend die naakt wil zijn
    
      
    als een olijf in olie, een perzik op sap.
    
      
    Ze wil zich ontleden op het hakblok, betast worden
    
      
    door gulzige vingers en gloeiend verslonden.
    
      
    Een vis zijn, zwemmend in roomsaus
    
      
    gewiegd, gekend, begeerd, genoten.
  
    
      
    
      
    Zie de lente
  
    
      
    Barst plots in de sneeuw de helleborus open 
    
      
    trompettert leven en knalt geel forsythia. 
    
      
    Guur waait de lente weg de stille winter 
    
      
    dun hoog licht verdrijft behaaglijk vuur. 
    
      
    Ineens moet alles uit zijn grond of tak 
    
      
    in bermen joelen paardenbloemen 
    
      
    de kromme wilg rilt in zijn lichte groen. 
    
      
    Daar staan wij ook, naakt en koud met bloesem 
    
      
    in grijzig haar en willen warm en wild 
    
      
    en dat we houden van die schrille kleuren 
    
      
    van elkaar.