HAAN, Magda
    
      
    
      
    
      
    ik krab de vrijheid van de straten
    
      
    
      
    ik krab de vrijheid van de straten
  
waar eens bloed vloeide
    onbewust van het kwade
    
      
    
      
    ik krab de vrijheid uit de kranten
  
waar woorden verscholen zijn
    in versleutelde zinnen
    
      
    
      
    ik krab de vrijheid uit de harten
  
die gesloten zijn bang om
    ontmaskerd te worden
    
      
    
      
    ik plak de vrijheid openbaar
  
grijpbaar voor behoeftigen
    en moedigen.
    
      
    
      
    
      
    Waan-zin
    
      
    
      
    Vandaag zal ik niet schrijven en duik ik onder voor publiek,
  
de pen is leeg en het papier niet langer mijn beerput met loze zinnen
    die soms een oerwoud vormen
    
      
    
      
    waar het licht buitenspel staat. Hoe slim is het om het te laten bij de pijn
  
    in kromgeschreven zinnen.
    
      
    
      
    Is het ego van de dichter sterker dan zijn wil
  
    om altijd op de voorgrond te willen staan voor aanmatigend publiek?
    
      
    
      
    Gedurende de waan van het moment trommelen vingers
  
en eisen een plek, genoeg geslikt en doorgespoeld
het smeken is voor later.