LANCKMAN, Ellen
    
      
    
      
    
      
    Hoe je kneedt en knijpt
  
om jezelf terug te halen
uit de mist van de ochtend
    en een oude droom.
    
      
    
      
    Hoe het beeld in de spiegel
  
steeds scherper wordt
en het zachte in je gezicht
    wordt weggeveegd.
    
      
    
      
    Ze lieten je geloven
  
    dat breekbaarheid een zwakte is.
    
      
    
      
    
      
    ////////////////////////////////
    
      
    
      
    
      
    Ze bewaren mijn leven
  
in een bokaaltje,
opgegoten met angst
    voor het naderende verlies.
    
      
    
      
    Hun tranen drogen ze
  
aan mijn moegetergde lijf,
canvas
voor gestold verdriet
    
      
    
      
    ////////////////////////
  
    
      
    
      
    Gisteren wilde ik je bellen
  
om te kijken of er nog restjes zijn
van die keer
dat je mijn huid tegen de jouwe ritste.
    
      
    Misschien lig ik ergens
  
onder je bed, opgekruld
tussen het stof
en andere vergane dromen.
    
      
    Of verdwaald
  
in het kuiltje van de matras, daar
waar mijn lichaam het jouwe vond.
Als twee komma’s in een zin die eindeloos leek.
    
      
    Maar al zou je me zoeken,
  
en zelfs vinden,
dan weet ik: Van jou
ben ik nooit helemaal
    
      
    teruggekeerd.
  
    
      
    
      
    Tastbaar
  
    
      
    ik wil je
  
lichaam
in de vingers hebben
zodat ik je tast-
baar kan maken
op momenten dat
ik moet leven van
zachte herinneringen
aan je huid
    
      
    
      
    Zonder ‘m
  
    
      
    Zeg ‘m dat het niet erg is
  
    dat hij wegging.
    
      
    
      
    Ik verzamel sedertdien niets-
  
zeggende praatjes,
    gooi mijn glimlach
    
      
    tegen elk gezicht dat ik tegenkom.
  
    
      
    Ik vul mijn tijd
  
met uitgestelde klusjes,
was de tranen
    eindelijk uit mijn zakdoeken.
    
      
    
      
    Zie, het lukt me perfect.
  
    Zeg ‘m dat het niet erg is
    
      
    dat hij wegging.
  
    Zeg ‘m daarna ook
    
      
    
      
    dat de dagen op niets trekken
    
      
    zonder ‘m.
    
      
    
      
    
      
    //////////////////////////////////
  
    
      
    
      
    Je kwam tegen me
  
liggen en dwong
mijn benen zacht
uit elkaar. Spreidde ze
als de vier en de acht van
het ochtendlijke uurwerk.
    
      
    Rond je vingers gleed
  
    mijn dorstige verlangen en
    
      
    de lippen weken vaneen,
  
    de schaamte voorbij.